Onderzoekend werken kan als professionele leerstrategie bijdragen aan duurzame onderwijsverbetering waar iedereen in de school van profiteert. Wat is onderzoekend werken en hoe zet je deze manier van werken in? Onderwijsprofessionals en onderzoekers José Mulder en Niek van den Berg vertellen erover.
De kern van onderzoekend werken is systematisch werken aan structurele oplossingen voor (onderwijs)problemen. Niek van den Berg licht toe: ‘Mensen oordelen vaak snel en gaan af op wat de omgeving zegt. Dat leidt vaak tot ad-hoc-oplossingen. Soms is een ad-hoc-oplossing nodig om een acuut probleem op te lossen.’ Ze geeft een voor de hand liggend voorbeeld van zo’n ad-hoc-oplossing. ‘Stel je komt op school en constateert dat een examinator vaststaat in de file. Dan moet je snel schakelen en zorgen voor een andere examinator.’ José Mulder vult aan: ‘Als het langer duurt en het probleem vaker optreedt, moet je structureel aanpassingen doen.’ Toegepast op het voorbeeld hierboven: als een examinator telkens in de file staat, moet hij eerder van huis gaan of het openbaar vervoer nemen.
Perspectiefwisseling
Ad-hoc-oplossingen zijn dus soms nodig. Op andere momenten wordt ernaar gegrepen vanwege volle agenda’s. Mulder: ‘Dat een docent ervaart geen tijd te hebben voor onderzoekend werken, kan ik me voorstellen. Maar onderzoekend werken kost minder tijd dan je denkt. Én is minder moeilijk dan het lijkt. Deze manier van werken beïnvloedt je werkplezier positief. Je krijgt meer controle als je een vraagstuk herkent en aanpakt. Als een situatie in jouw klas vaak optreedt, speelt er bovendien waarschijnlijk iets wat anderen herkennen. Ruim tijdens teamoverlegmomenten tijd voor deze vraagstukken in. Vraag aan collega’s of ze “jouw vraagstuk” herkennen. Aan veel problemen, denk aan een alomvattend probleem als voortijdig schoolverlaters, kun je in je eentje sowieso weinig doen. Die moet je als team oppakken.’ Van den Berg vult aan: ‘Door vraagstukken samen te bespreken heb je het voordeel van perspectiefwisseling: je krijgt een rijker beeld. Dit maakt het vraagstuk helderder en brengt ook de structurele oplossing dichterbij. Onderzoekend werken draait ook om het inzetten van je voelsprieten: monitoren en analyseren wat er speelt. Als je probleemanalyse niet goed is, is de oplossing dat ook niet.’
Capaciteit, ondersteuning en samenwerking
Je moet ook in staat zijn (en worden gesteld) om onderzoekend te werken; het gaat niet vanzelf. Van den Berg: ‘Het helpt als mbo-docenten een masteropleiding hebben gehad. Dan heb je al systematisch onderzoekend leren werken, meer dan in een bacheloropleiding. Je leert een centrale vraag te formuleren, hypotheses op te stellen en die te toetsen. Het is ook behulpzaam als team- en schoolleiders deze manier van werken ondersteunen en voorbeeldgedrag laten zien.’ Mulder: ‘Veel masteropgeleiden werken onderzoekend en zijn nieuwsgierig. Maar als die cultuur er binnen jouw school niet is, kun (of moet) je wel klein beginnen. Een onderzoekscultuur ontstaat niet van de ene dag op de andere.’ Van den Berg voegt toe: ‘Er moet genoeg samenwerking zijn binnen een team. Als je elkaar niet nodig denkt te hebben en weinig gemeenschappelijkheid ervaart, is er weinig samenwerking. Werk maken van die samenwerking is dan een belangrijke stap.’
Tot slot
José Mulder en Niek van den Berg snappen de neiging om in de “doe stand” te schieten en meteen een oplossing te bedenken. Maar het is dus een belangrijke valkuil. Het helpt om afstand te nemen en te reflecteren en onderzoekend te werken aan een structurele oplossing. Dat bespaart uiteindelijk ook tijd. Mulder: ‘Je wilt problemen snel oplossen, maar een tussenstap helpt om een oplossing in te zetten die zorgt dat het probleem niet opnieuw opduikt: wat wil je bereiken en wat hoop je te zien? Gedrag aanpassen kost ook tijd. Als het niet lukt, kun je ook leren van wat niet werkte. Handvatten en oplossingen hoeven ook weer niet perfect te zijn voordat je ze uitprobeert. Uiteindelijk profiteert iedereen binnen (maar ook buiten) het onderwijs van deze manier van werken.’ Niek van den Berg sluit af met een heldere oproep voor de inzet van een onderzoekende mindset in het onderwijs. ‘Zet een vraagteken achter wat je al zeker weet. Wees nieuwsgierig en durf je aannames te bevragen. Werken in het onderwijs is uitdagend, maar problemen zijn gezamenlijk op een duurzame manier op te lossen.’
Wil je meer weten over onderzoekend werken in het mbo kijk dan op de themapagina waaraan Niek van den Berg en José Mulder hebben bijgedragen. Daar vind je naast een wetenschappelijke onderbouwing van de waarde van onderzoekend werken in het mbo ook concrete tips om ermee aan de slag te gaan.