De afgelopen twee jaar onderzochten zes regio’s in hoeverre extra nazorg voor mbo-studenten die de arbeidsmarkt betreden zinvol is. Veel jongeren die gaan werken, hebben echter geen behoefte aan nazorg.
Dat blijkt uit een evaluatie van de pilot ‘Soepele overgang naar werk’ die onderzoeksbureau KBA (Nijmegen) heeft uitgevoerd. Begin 2018 vroegen de Kamerleden Peter Kwint (SP) en Zihni Özdil (GroenLinks) in een motie om een proef waarin de school studenten twee jaar zou begeleiden bij de start op de arbeidsmarkt. Bij de proef zouden mbo-scholen nauw moeten samenwerken met gemeenten. In september 2018 gingen in zes regio’s de pilots ‘Soepele overgang naar werk’ van start.
‘Ik red me wel’
In het onderzoek, dat is uitgevoerd in de periode april 2019-december 2020, bleek het lastig om voldoende studenten te vinden die na hun opleiding aan het werk gingen. Een groot deel van de studenten koos ervoor om een vervolgopleiding te doen. Van de jongeren die daadwerkelijk gingen werken, gaf twee derde aan geen behoefte te hebben aan extra ondersteuning of begeleiding. ‘Ik red me wel’, is de houding van veel jongeren. Het bleek erg lastig om contact te houden met de jongeren die de opleiding verlieten.
Relatie
Om jongeren te kunnen begeleiden na de opleiding is, zo blijkt uit het onderzoek, de persoonlijke relatie tussen docent en student cruciaal. De ‘nazorg’ moet al starten binnen de opleiding. De scholen hebben in deze fase de lead. Na diplomering is samenwerking tussen school en gemeente belangrijk. Ook bedrijven kunnen hierbij een rol spelen. Volgens het onderzoek is het logisch om de nazorg van gediplomeerde mbo’ers te coördineren vanuit de arbeidsmarktregio. Nederland kent 35 van deze regio’s.
Aanbevelingen
Het onderzoek komt tot de wat voor de hand liggende aanbeveling om de ondersteuning primair te richten op studenten die na de opleiding gaan werken. Het zou hierbij niet alleen om studenten van de entreeopleiding en de niveau 2-opleidingen moeten gaan, maar ook om studenten op niveau 3 en 4. Hoewel veel studenten die werk vinden geen behoefte hebben aan ondersteuning, zijn volgens het onderzoek deze jongeren kwetsbaar voor baanverlies. Extra ondersteuning bij de start van de werkloopbaan kan daarom toch nut hebben.
Lees hier het onderzoek ‘Aan de slag met nazorg.’ Lees ook een brochure van Ingrado over de pilots.