MBO Raad en JOB willen meer waardering voor het mbo

‘De tijd van symbolische waardering is voorbij. Nederland moet nu structureel investeren in mbo-studenten, in hun rechten, ondersteuning en onderwijs. Dat is niet alleen rechtvaardig, maar ook essentieel voor de toekomst van ons land.’

Aldus een manifest dat de MBO Raad en studentenorganisatie JOBmbo gezamenlijk hebben opgesteld. Met het manifest ‘Van applaus naar tastbare resultaten’ hopen beide organisaties invloed uit te oefenen op de verkiezingsprogramma’s die op dit moment worden opgesteld. Uiteindelijk moet dit leiden tot een mooie plek voor het mbo in een nieuw regeerakkoord.

Gelijkwaardig

Volgens MBO Raad en JOB worden mbo-studenten nog steeds niet gelijkwaardig behandeld in vergelijking met studenten die een hbo- of universitaire opleiding volgen. De voorbeelden zijn bekend: deelname aan introductieweken, sportfaciliteiten en recht op studiefinanciering. MBO Raad en JOB pleiten daarom voor een grondwettelijk verbod op discriminatie op grond van opleidingsniveau. Ook in vergelijking met leerlingen op het voortgezet onderwijs worden mbo-studenten benadeeld. Anders dan hun collega’s op havo of het vwo moeten zij wel betalen voor hun schoolboeken en andere leermiddelen.

Stagevergoeding

Ook over de stagevergoeding blijven JOB en MBO Raad ontevreden. Zij pleiten voor handhaving van de in het Stagepact gemaakte afspraken. Het gaat dan onder andere om de afspraak dat studenten in ieder geval een onkostenvergoeding ontvangen voor de kosten die moeten maken om stage te lopen.

Modulair onderwijs

Het manifest pleit ook voor meer wettelijke ruimte om modulair onderwijs aan te bieden. De wet Verbetering aansluiting beroepsonderwijs arbeidsmarkt (wet Vaba) moet daarom volledig uitgevoerd worden. Deze wet moet overigens nog in de Tweede Kamer behandeld worden. De conclusie van het manifest is glashelder: het is tijd om het applaus voor het mbo ook tastbaar te maken voor mbo-studenten.

Lees hier het manifest ‘Van applaus naar tastbare resultaten’

Lees ook: MBO Raad pleit voor investeringen in openbaar vervoer