Met 350 mensen aan een congres deelnemen? Ja, dat kan en gebeurde 20 april bij Albeda in Rotterdam. In een virtuele omgeving, waarin een heuse schoolcampus was gebouwd boordevol presentaties, workshops en sociale activiteiten. Waar mensen als ‘Avatars’ rondliepen en met elkaar communiceerden. Een soort ‘Sims 3.0’, maar dan anders. Wat kunnen dergelijke applicaties voor de digitalisering en innovatie van beroepsonderwijs betekenen?
Op basis van de uit Amerika afkomstige ‘GoMeet’-applicatie durfde het Albeda het aan om voor 350 medewerkers dit experiment aan te gaan. Enerzijds als een socialisatie activiteit, want mensen hebben behoefte elkaar te ontmoeten. Persoonlijk contact en samen met elkaar werken dus. Anderzijds om kennis te delen en te kijken wat zo’n applicatie kan betekenen voor de ontwikkeling van onderwijs.
Onwennig
‘Het was wel ietwat onwennig , aldus bestuurslid Simone Fredriksz die zojuist de opening verrichtte ‘Maar deze vernieuwing is nodig om wendbaarder te worden om te leren voor de toekomst. We kunnen namelijk van experimenten sneller leren om de ontwikkeling van digitalisering en nieuwe leertechnologieën te gaan toepassen. Onderwijs flexibiliseert snel, blended learning doet haar intrede en in het kader van LLO heb je dan ook nieuwe toepassingen nodig. De omgeving dwingt ons wel om meer out of the box te denken.’
‘Fouten bij experimenten maken mag, maar we houden wel goed in het vizier of elke vernieuwing ook het in het belang van de student is’, aldus Simone Fredriksz. Daarom dat bestuur, staf en directie van Albeda hiervan willen leren alvorens er nieuw beleid van te maken en ze dit experiment in deze vorm omarmen.
In het kader van leren en innoveren keken vanuit onderwijs & kwaliteit beleidsadviseurs Veerle Visch en Caroline van Eijk met interesse naar deze virtuele congresomgeving en de toepassingen. Caroline en Veerle zaten beiden ook in de organisatie van dit congres. ‘Om met Rob Urgert, de key-note spreker van het congres, te spreken: niet bang zijn om te falen levert creativiteit op en dat gebeurt hier’, zegt Veerle.
Stadia
Caroline reageert daarna direct op de vraag of de virtuele omgeving van GoMeet iets voor het onderwijs is. ‘Wat mij direct bij deze applicatie opvalt, is dat we rekening moeten houden met de diverse stadia van ontwikkeling bij medewerkers als je dit in het onderwijs wilt toepassen. De een staat er gelijk open voor, de ander vindt het maar niets. Bovendien is het nog niet echt live. En mis je nog de echte sociale interactie en context. Het is en blijft een animatie-omgeving.’
Voor Veerle Visch is zo’n applicatie en virtuele omgeving niet een doel op zich voor het onderwijs. Vanuit pedagogisch-didactisch perspectief bekijkt zij welke mogelijke scenario’s ontwikkeld kunnen worden. ‘Het is nog best lastig om te beoordelen of dit nuttig is en kan zijn. Want is de setting totaal anders dan in een echte lessituatie en zelfs ook ten opzichte van een applicatie als Teams’, zegt Veerle.
Hoe je zo’n applicatie in een lesontwerp kan gieten is voor haar nog niet duidelijk: ‘Je mist bij zo’n virtuele omgeving wel inzicht in de visuele signalen van studenten en de interactie. Je ziet namelijk alleen de Avatars in die gebouwde omgeving op je scherm. Visueel contact is er niet. Echter als informeel contactmiddel is dit sowieso leuk en tevens een handig instrument omdat het ook dicht bij de gamebeleving van studenten staat.’
Kortom, de applicatie staat nog in de kinderschoenen, maar biedt zeker mogelijkheden. Op Albeda waren ze over het virtuele congres in ieder geval heel enthousiast. Experiment geslaagd en lef getoond!