Het is de taak van mbo-scholen om studenten kennis te laten maken met de basiswaarden van de democratische rechtsstaat. Dat staat in een wetsvoorstel van onderwijsminister Eppo Bruins.
Het wetsvoorstel maakt duidelijk op welke manier mbo-scholen hun burgerschapsonderwijs moeten inrichten. Over de kwaliteit van dit onderwijs bestaan al jaren veel klachten. Een poging van de sector om met een burgerschapsagenda het onderwijs op hoger niveau te krijgen (2017) is mislukt. Onlangs heeft een expertgroep met docenten een voorstel gedaan voor beter burgerschapsonderwijs. Minister Bruins heeft dit voorstel nu verwerkt in een wetsvoorstel. Dit voorstel is openbaar gemaakt, zodat iedereen via internet commentaar kan geven.
Basiswaarden
Centraal in het wetsvoorstel staat het begrip ‘basiswaarden van de democratische rechtsstaat’. Het voorstel onderscheidt drie overkoepelende basiswaarden: vrijheid, gelijkwaardigheid en solidariteit. Het is de opdracht van scholen om studenten kennis te laten maken met deze basiswaarden. Studenten moeten zich – in hedendaags jargon – ‘verhouden’ tot deze waarden. Dat betekent dat zij moeten oefenen met de betekenis van deze waarden in hun rol als burger en hun rol als beroepsbeoefenaar. In een veilige omgeving kunnen zij binnen het burgerschapsonderwijs nadenken over de praktische betekenis van deze waarden. Hoe pas je de waarden toe in concrete situaties? Welke spelregels gelden er in Nederland?
Stimuleren
Van studenten wordt niet expliciet geëist dat zij de basiswaarden persoonlijk onderschrijven. In een open, vrije samenleving gaan mensen over hun eigen opvattingen, zo benadrukt het voorstel. Van de school mag echter wel verwacht worden studenten te stimuleren de waarden na te leven. Dit betekent ook dat de school moet optreden als de basiswaarden binnen de school onder druk komen te staan. Scholen dienen volgens het voorstel op te treden als studenten in strijd met de basiswaarden handelen.
Visie
Het wetsvoorstel vraagt van scholen expliciet een visie te ontwikkelen op burgerschapsonderwijs. Zij moeten deze visie ook openbaar maken, zodat iedereen – studenten, ouders, stakeholders – weten op welke manier de school invulling geeft aan burgerschap. Vervolgens moeten scholen ook werken aan een cultuur binnen de school die in overeenstemming is met de basiswaarden van de democratische rechtsstaat. Dit alles kan positieve effecten hebben op de samenleving als geheel: maatschappelijke spanningen kunnen afnemen en het vertrouwen in de rechtsstaat kan groeien. Met het voorgestelde burgerschapsonderwijs kunnen scholen helpen met het in stand houden van de democratische rechtsstaat, aldus het wetsvoorstel.
Examen
Het wetsvoorstel, dat nu in internetconsultatie is gegaan, heeft uitsluitend betrekking op de nadere uitwerking van de burgerschapsopdracht van scholen. Het is daarnaast de bedoeling dat scholen gaan werken met instellingsexamens. Ook is het de bedoeling dat het burgerschapsonderwijs verzorgd gaat worden door bevoegde docenten. Dit zou vanaf schooljaar 2026/2027 van kracht moeten worden.
Lees hier het wetsvoorstel met een nadere uitwerking van de burgerschapsopdracht. Iedereen die dat wil kan een reactie geven op het voorstel.