Complimenten OESO voor Nederlands mbo

Het middelbaar beroepsonderwijs levert een belangrijke bijdrage aan de welvaart van Nederland. Dat stelt de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) in een onlangs verschenen rapport.

Het rapport, ‘A Skills beyond School Review of the Netherlands‘, maakt onderdeel uit van een breed internationaal onderzoek van de OESO naar de samenhang tussen beroepsonderwijs en economische groei. De OESO maakt zich al langer zorgen over het onderwijs in de lidstaten: worden voldoende mensen opgeleid voor de juiste beroepen?

Lage jeugdwerkloosheid
Volgens het OESO-rapport is onder andere de lage jeugdwerkloosheid in Nederland (de laagste van de OESO-landen) te danken aan de kwaliteit van het mbo. Het rapport is ook lovend over de nauwe samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven. De complimenten betreffen overigens niet alleen het bekostigde mbo. Ook het private onderwijs draagt zijn steentje bij: ‘The Netherlands has a vibrant private sector engaged in delivery of postsecondary VET providing flexible format short courses as well as full professional bachelor and master degrees’.

Docenten
Een van de aanbevelingen uit het rapport heeft betrekking op docenten. Volgens de OESO doet Nederland er goed aan om de samenwerking tussen docenten en bedrijven te versterken. Docenten zouden vaker stage moeten lopen bij bedrijven. En het zou voor praktijkmensen uit het bedrijfsleven makkelijker moeten zijn om les te geven op de mbo-scholen. Volgens de OESO kan dit laatste in het gedrang komen door de economische crisis en de vergrijzing. Minister Jet Bussemaker herkent dit probleem. In een reactie gaf ze aan groot voorstander te zijn van trajecten, waarbij leraren met één been in het bedrijfsleven worden opgeleid voor een baan in de klas. Haar reactie in Het Financieel Dagblad: ‘Die handschoen pak ik op.’

Foto: HMC (Claudia Otten)