Paul van Meenen (D66) heeft grote twijfels bij de kwaliteitsafspraken die minister Bussemaker met de mbo-scholen wil maken. Met drie moties probeert hij de afspraken in de door hem gewenste richting aan te passen.
De minister wil afspraken maken met de scholen om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Daar kunt u toch niet op tegen zijn?
‘Ik heb geen bezwaar tegen afspraken die scholen stimuleren om beter onderwijs te leveren. Dan denk ik aan goede begeleiding, intensief onderwijs, meer docenten. Maar ik heb wel bezwaren tegen regels die scholen vooral prikkelen om meer diploma’s te verstrekken. Dergelijk afspraken kunnen perverse effecten hebben, dat is in het hbo wel gebleken.’
Wat zou dan het gevaar kunnen zijn?
‘Als je scholen afrekent op het aantal diploma’s dat afgegeven wordt, stimuleer je ze om extra kritisch te zijn bij het toelatingsbeleid en juist minder kritisch bij de examinering. Het gevaar is dan dat kwaliteit ondergeschikt wordt gemaakt aan snelheid. Dat moeten we niet willen.’
Maar zijn de kwaliteitsafspraken inderdaad zo bedoeld?
‘Dat is niet helemaal duidelijk, het gaat om de definitie van rendement. Met name de VVD zit erg op harde rendementsafspraken. Dan vrees ik dat leerlingen zo snel mogelijk door de opleiding worden gejaagd. Misschien staat de minister op dit punt niet zo ver van mij af. Maar ik wil met mijn motie voor eens en voor altijd duidelijk maken dat we geen opjaagpremies willen.’
Gaat uw voorstel het halen?
‘We zullen het zien. Ik ga de tekst in ieder geval niet aanpassen.’
Wat is uw bezwaar tegen de strenge eisen rond taal en rekenen?
‘De eisen zijn nu te algemeen geformuleerd, iedereen moet hetzelfde leren. Ik pleit voor beroepsspecifieke eisen. De timmerman moet over andere vaardigheden beschikken dan de secretaresse.’
Maar in de huidige arbeidsmarkt bestaan toch geen banen voor het leven meer?
‘Als werknemers van beroep veranderen, moeten ze zich bijscholen. Je kunt niet van een mbo-opleiding eisen dat je na je diploma in alle sectoren terecht kunt. Daar hebben we leven lang leren voor.’
U wilt dat studenten en docenten instemmingsrecht krijgen bij de kwaliteitsafspraken. Waarom?
‘Zij zullen dagelijks de effecten van de afspraken merken. Het is daarom belangrijk dat ze volwaardig meepraten. Ik wil scholen hiertoe verplichten.’
Is dat geen betutteling? Kun je dat niet beter overlaten aan de scholen zelf?
‘Nee, dat is geen betutteling. Het is niet goed om het aan de willekeur van een College van Bestuur over te laten of studenten en docenten kunnen meepraten. Ik wil graag een formeel instemmingsrecht.’
Stemming over de moties rond de ‘Regeling kwaliteitsafspraken mbo’ vindt plaats op dinsdag 25 november.