Docent Grace Enzer: van universiteit naar mbo

Ambitie en bewijsdrang brachten Grace Enzer naar de studie geneeskunde, tot specialist ouderengeneeskunde en tot universitair docent. Het leverde haar status op: ‘Mensen buigen voor je’. Maar ze zat er niet op haar plek. Nu is ze docent op het mbo. En ze wil nooit meer terug.

‘Ik heb veel geleerd op de universiteit en ik had het niet willen missen, maar ik heb me er nooit thuis gevoeld. Het vergde veel van me, ook cognitief. En ik miste het speelse. De meeste studenten zitten braaf in de collegebanken, doen wat je zegt, maar laten niet het achterste van hun tong zien. Ze zitten daar met een missie: arts worden. Dat vond ik eentonig, terwijl ik lesgeven heel leuk vind.’

Sfeer proeven

Goede, lange, diepgaande gesprekken met haar ernstig zieke zus over de grote en belangrijke zaken in het leven leidden bij Grace tot de conclusie dat de universiteit niet de plek was waar ze wilde zijn.
‘Uiteindelijk heb ik de stoute schoenen aangetrokken: ik heb me als student opgegeven voor een open dag op het mbo. Gewoon om de sfeer te proeven. En ik vond het fantastisch. Het docententeam had een totaal andere vibe dan op de universiteit. Minder competitief en heel veel lol. Ik dacht: kan het werk ook zo zijn? Daar wil ik bij horen.’

Ook de studenten zijn anders op het mbo, vindt Grace. ‘Het zijn veel meer levensgenieters. Op het mbo komen de studenten vooral om plezier te maken. Het leren komt op de tweede plek. En als docent zorg je ervoor dat het leren ook een sociaal gebeuren wordt en dat ze het leuk gaan vinden. Het uiteindelijke doel is natuurlijk dat ze hun diploma halen.’

Streng, duidelijk, rechtvaardig

Hoewel ze meer geniet van mbo-studenten dan van studenten aan de universiteit, moest ze in haar eerste baan in het mbo enorm wennen. ‘De studenten zijn een paar jaar jonger dan op de universiteit. Ze zitten vaak nog in de pubertijd en testen je uit. In het begin liet ik alles gebeuren. Ze walsten over me heen. Er kwamen hele maaltijden op tafel. Studenten liepen soms meerdere keren de les uit om de parkeermeter bij te vullen. Ze kletsten zo door mijn verhaal heen. Ik had het niet onder controle.’

Inmiddels werkt Grace op het MBO College Hilversum en geeft ze anatomie en geneesmiddelenkennis. Daar vond ze haar modus: streng, maar rechtvaardig, duidelijk over de regels en consequent. ‘En niet nep zijn. Ze voelen het dat ik gewoon mezelf ben. Als er iets ergs speelt in mijn leven, dan ben ik daar eerlijk over. En dan zijn ze zo lief. Ze brengen je een kop koffie of je krijgt een chocoladeletter. De warmte en liefde die ze kunnen geven. Dat is uniek.’

Met een lach in de klas

En eerlijkheid krijg je ook terug. Dat is belangrijk, vindt Grace, vooral als je mentor bent. ‘Je wilt dat ze zich openstellen als ze in de problemen zitten, zodat je met ze naar oplossingen kan zoeken. En van sommige studenten ben ik echt verbaasd dat ze überhaupt in de schoolbanken zitten. Ze maken de gekste dingen mee en stapelen soms ellende op ellende: financiële problemen, mishandeling, mantelzorg voor ouders. En toch blijven ze lachen, toch komen ze naar de les en toch doen ze hun best. Dat is bewonderenswaardig.’

Het mooiste vindt Grace de eerlijkheid van de studenten. Het hart ligt op de tong en what you see is what you get. En ze geniet van de naïviteit die ze kunnen hebben. ‘Als ze liegen, dan zie je dat meteen. Het is gewoon schattig om te zien dat ze denken dat je ze niet doorhebt. En die meiden kunnen van die hysterische lachbuien hebben dat ze bijna in hun broek piesen. Mbo-studenten staan midden in het leven, doen gekke dingen en kennen geen gêne. Op hun vrolijkheid lift ik mee.’

Samenwerking

Onderwijskundig heeft ze nog wel dromen, want het kan beter in het mbo, vindt Grace. Wat haar betreft zijn mbo-scholen te veel gericht op zichzelf en er is veel niveauverschil. ‘Ik heb zelf als arts gewerkt, dus ik weet wel wat je van een doktersassistent mag verwachten. Daarvoor zouden er standaarden moeten komen, leerdoelen per vak die gelden voor alle mbo-scholen. Nu geven sommige docenten bijna op hbo-niveau les, terwijl andere docenten het weer op een hele andere manier doen. Het is te verschillend. Daar praten we veel over binnen het docententeam. En we doen veel lesbezoeken. We kijken met elkaar mee en zo leren we van elkaar.’

Zou Grace Enzer ooit terug willen naar het artsenvak of het docentschap op de universiteit? ‘Nooit van mijn leven. Ik zit nog liever zonder geld op een studentenkamer, dan dat ik terugga. Het niveau waarop ik nu les geef, gaat me makkelijk af. Daardoor heb ik ruimte en energie over voor de persoonlijke begeleiding van studenten én docenten. Het mbo is mijn toekomst.’