Om de ambities van een leven lang leren mogelijk te maken moeten de O&O-fondsen vervangen worden door een nationaal, sectoronafhankelijk scholingsfonds voor werkenden. Dat stelt minister Asscher van Sociale Zaken.
De sectorale O&O-fondsen beschouwt Asscher als ouderwets en niet passend in deze tijd van robotisering en internationalisering, waarin van werknemers vooral flexibiliteit wordt verwacht. De minister denkt dan ook dat het goed is als opleidingsfondsen losgekoppeld worden van de sector. Werkgevers betalen dan een algemene scholingspremie. Daarvoor laat hij de mogelijkheden onderzoeken. Mogelijk komt er een nationaal scholingsfonds. Eerder pleitte de VVD-fractie in de Tweede Kamer al voor zo’n nationaal fonds.
Voor iedereen
Met zo’n scholingsfonds hoopt Asscher dat álle werknemers zich kunnen om- of bijscholen. Nu is dat lang niet altijd het geval. Met name flexibele werkkrachten en midden- en laagopgeleiden raken vaak tussen wal en schip. Ook zzp’ers missen veelal de boot. Werkgevers redeneren vaak dat ze met het scholen van medewerkers ook voor de concurrent aan het opleiden zijn. Bij laag- en middelbaar opgeleiden staat scholing vaak niet eens op het netvlies. Hier ligt ook een verantwoordelijkheid voor de werkgever om dit ter sprake te brengen, aldus Asscher.
Periodieke check
Asscher wil uiteindelijk zelfs toe naar een soort APK voor werknemers, een periodieke check waarmee je kunt kijken in hoeverre je vaardigheden en competenties nog matchen met dat wat er van de functie gevraagd wordt. Hieraan kunnen werkgever en werknemer dan eventueel acties koppelen.