Oppositie wil bezuiniging op onderwijs deels terugdraaien

Oppositiepartijen gaan bij de behandeling van de Onderwijsbegroting voorstellen om een deel van de aangekondigde bezuinigingen terug te draaien. Minister Bruins wil hier voorlopig niets van weten.

Minister Bruins van Onderwijs staat voor de onaangename taak om flink te bezuinigen (zo’n 1 miljard) op zijn departement. De voorstellen die hij hiervoor heeft ingediend stuiten logischerwijs op breed maatschappelijk verzet. De redenatie van de tegenstanders is eenvoudig: investeren in onderwijs is investeren in de toekomst van Nederland. Wie bezuinigt op onderwijs, schiet zichzelf in de voet.

Twee clusters

De omstandigheid dat de coalitie in de Eerste Kamer geen meerderheid heeft, biedt de oppositie kansen. Rond de omstreden verhoging van het BTW-tarief voor onder andere boeken wisten de drie christelijke oppositiepartijen (CDA, CU en SGP) een deal te sluiten met het kabinet. Bij de Onderwijsbegroting proberen twee clusters van oppositiepartijen dit kunstje te herhalen. In de eerste plaats is er een cluster van D66, CDA, CU en JA21. Deze partijen hebben gezamenlijk maar liefst 17 zetels in de Eerste Kamer, ruim voldoende om de coalitie aan een meerderheid te helpen. Het andere cluster bestaat uit Groenlinks/PvdA, SP, Partij voor de Dieren, Denk en Volt, samen goed voor 19 zetels in de Eerste Kamer.

Prakijkleren

In het amendement van D66 (en CDA, CU en JA21) wordt in 2025 al ruim 300 miljoen euro aan bezuinigingen teruggedraaid. Op termijn gaat het bij deze partijen zelfs om structureel meer dan 1 miljard euro. Concreet gaat het om het terugdraaien van bijvoorbeeld de langstudeerboete en de bezuiniging op de lerarensalarissen. Voor het mbo wil dit cluster de (bescheiden) korting op de subsidieregeling praktijkleren terugdraaien, net als die op de bezuiniging op de subsidie voor het stimuleren van de doorstroom van vmbo, via mbo naar hbo. Het cluster onder aanvoering van GroenLinks/PvdA wil in totaal zelfs 2 miljard aan bezuiniging terugdraaien. Voor het mbo zou in dit voorstel ook het Regionaal investeringsfonds in stand blijven.

Dekking

Het grootste probleem bij de voorstellen van de oppositiepartijen is de dekking van de extra uitgaven. In het amendement van D66 wordt bijvoorbeeld uitgegaan van een extra opbrengst van 400 miljoen euro doordat medisch specialisten in loondienst komen van ziekenhuizen. Dit plan circuleert al decennia in en rond Den Haag, maar blijkt telkens moeilijk realiseerbaar. Minister Bruins zal bij de begrotingsbehandeling vooral het financiële argument inbrengen om de amendementen van de oppositie te ontraden.

De behandeling van de Onderwijsbegroting vindt plaats op dinsdag 26 november vanaf 17.00 uur (eerste termijn Kamer) en donderdag 28 november (reactie minister en tweede termijn).

Lees ook: Regionaal investeringsfonds stopt, subsidie praktijkleren blijft