Slotconferentie LOB: de blik naar de toekomst

Het project LOB (loopbaanoriëntatie en -begeleiding) wordt afgesloten, maar aandacht voor loopbaanbegeleiding blijft nodig. ‘Er is zuurstof nodig om het vuur te laten branden’, aldus Inge Vossenaar, directeur MBO bij het ministerie van OCW.

In onze maatschappij moeten jongeren al heel jong een keuze maken voor een studierichting. Vaak weten ze echter nog niet precies wat ze later willen worden. Dit kan grote gevolgen hebben: valt de opleiding tegen, dan is de kans op uitval groot. Loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) en het daarvoor opgestarte Stimuleringsproject LOB in het mbo stellen scholen in staat studenten beter en professioneler te helpen bij het maken van keuzes. Door hen dingen over zichzelf te laten ontdekken, krijgen zij essentiële bouwstenen aangereikt voor hun talentontwikkeling en toekomstige loopbaan. Het doel: echte aandacht voor de loopbaan van de individuele student laten doordringen tot in de haarvaten van het mbo.

Ervaren
Om dit doel te bereiken zijn er de afgelopen jaren grote stappen gezet, zo bleek bij de Slotconferentie van het Stimuleringsproject op donderdag 26 november. Zo is er een training ontwikkeld waardoor docenten betere loopbaangesprekken met studenten kunnen voeren. Een andere concreet handvat is het Loopbaanmagazijn, een reeks digitale boekjes met praktische loopbaanoefeningen voor mbo-studenten. De oogst van het Stimuleringsproject konden deelnemers tijdens de Slotconferentie zelf ervaren in een ‘proef-ruik-zie-en-voel-tuin’. Het woord ‘ervaren’ zou deze middag nog vaker langskomen: je leert immers het meeste door te ervaren en aan je ervaringen betekenis te geven. Ook als het om jezelf en je loopbaan gaat. En dus werd er ook in de workshops – ondermeer over professionalisering, regionale samenwerking en visie, beleid én implementatie van LOB in je onderwijsinstelling – volop ervaren en over die ervaringen gesproken.

LOB houdt niet op
Inge Vossenaar, directeur MBO bij het ministerie van OCW, blikte terug op het project, maar keek ook vooral naar de toekomst. ‘Om studenten op te leiden voor de arbeidsmarkt van de toekomst, hebben zij niet alleen vakkennis en beroepsspecifieke vaardigheden nodig, maar ook een hoge mate van wendbaarheid’, stelt Vossenaar. ‘Ook voor de keuze na die eerste baan’, vult Erwin Pierik van de MBO Raad aan. Want de tijd dat je je hele leven lang hetzelfde beroep uitoefent, is voorbij. Je beweegt mee met de arbeidsmarkt. En daar heb je loopbaancompetenties voor nodig. ‘Het project heeft hiervoor allerlei mooie instrumenten opgeleverd’, onderstreept Vossenaar. ‘Maar het gaat erom wat je ermee doet. Het moet echt landen in de scholen. Er is zuurstof nodig om dit vuur te laten branden’. De komende maanden wordt dan ook nagedacht over een passend vervolg.

Hilarisch
Het slotwoord was aan historicus Herman Pleij. Hij verhaalde in een hilarisch half uurtje over de ontwikkeling die onze jongeren maken van ‘onvolmaakte volwassenen’ tot kritische zelfstandigen. De rol van de docent daarbij is vervaagd tot ‘marginale dienstverlener die om de leerling heen danst’. Hoogste tijd om die docent weer centraal te stellen, zo oordeelde Pleij, in plaats van de leerling alles zelf te laten doen. ‘Zet de docent in het midden, want daar leert de leerling het meeste van!’

De komende MBO-krant bevat een uitgebreid verslag van de Slotconferentie. Meer weten over het project en de opbrengsten? Klik hier.