‘Te veel mbo-docenten in laagste salarisschaal’

Volgens het Platform Medezeggenschap MBO (de samenwerkende ondernemingsraden in het middelbaar beroepsonderwijs) krijgen veel mbo-docenten een te laag salaris. Van de voorgenomen ‘functiemix’, een evenwichtige verdeling tussen salarisschalen, komt niets terecht. Minister Van Engelshoven spreekt over een ‘serieus signaal’, Ton Heerts (MBO Raad) over ‘onjuiste aannamen’.

Eerder dit jaar meldden wij al dat de Algemene Onderwijsbond (AOb) enkele honderden miljoenen extra eist om het salaris van mbo-docenten, instructeurs en ondersteuners te verhogen. Volgens de AOb heeft het mbo al jaren te maken met ‘downgrading’. Docenten en instructeurs worden in de laagste salarisschaal ondergebracht en er zijn niet veel mogelijkheden om door te groeien naar een hogere schaal. Ook heeft het mbo te maken met een tekort aan docenten. Als de sector niet aantrekkelijker wordt, zal het tekort volgens de AOb alleen maar oplopen. Enkele weken later, op 15 maart, volgde een door de AOb georganiseerde algemene onderwijsstaking.

‘Heel treurig’

Sindsdien is het, ondanks goede voornemens en extra geld vanuit het ministerie, niet gelukt om meer mbo-docenten in een hogere salarisschaal te krijgen. Het aantal docenten in de laagste salarisschaal is zelfs toegenomen, zo meldt het Platform Medezeggenschap MBO, de samenwerkende ondernemingsraden in het mbo. Het Platform kwam tot deze conclusie na een analyse van de personeelsgegevens en de financiën van alle 63 mbo-scholen. Uit de analyse blijkt ook dat de financiële reserves van de instellingen blijven groeien. ‘Heel treurig’, zegt Rob Nederkoorn, voorzitter van Platform Medezeggenschap MBO, in de Volkskrant. ‘Met dat opgepotte geld hadden ze docenten in hogere schalen kunnen plaatsen.’

Spoedoverleg

De Volkskrant meldt verder dat minister Van Engelshoven (Onderwijs) in gesprek wil met de MBO Raad over de conclusies van het rapport. In een reactie laat ze weten: ‘Ik neem dit signaal serieus. Het is belangrijk dat de gemaakte afspraken worden nagekomen.’ De MBO Raad liet eind vorige week al weten de vakbonden uit te willen nodigen voor een spoedoverleg over de ‘aannames’ van het Platform Medezeggenschap MBO. ‘De aannames die het platform neerzet in haar verkenning zijn onjuist en zeer schadelijk voor het mbo als geheel, stelt MBO Raad-voorzitter Ton Heerts. ‘We kunnen ze ook niet rijmen met de conclusies die wij zelf trekken uit de feiten en de cao-afspraken die we met de vakbonden hebben.’

‘Aannames vergelijken met feiten’

Heerts laat in hetzelfde bericht op de site van de MBO Raad weten samen met de vakbonden ‘keihard te werken aan goede arbeidsvoorwaarden voor het onderwijspersoneel. Onderwijsgevenden zijn van groot belang voor de kwaliteit van het onderwijs en onze studenten. Dat we daarin succes boeken zien we onder meer terug in het feit dat ook steeds meer jonge docenten kiezen voor lesgeven in het mbo en dat onderwijsgevenden steeds tevredener zijn over hun werk. Ook zien we dat de investeringen in het onderwijs zelf steeds verder stijgen. Dat zeggen we niet zelf, het mbo is het meest getoetste onderwijs van dit land. De kwaliteit van het mbo wordt elk jaar onderzocht door de Inspectie van het Onderwijs, de financiële staat van het mbo wordt elk jaar in beeld gebracht via de Benchmark mbo en de tevredenheid wordt gemeten via het medewerkersonderzoek.’ De aannames van het Platform Medezeggenschap vragen dan ook, aldus Heerts, om ‘een vergelijking met de feiten die we samen met de vakbonden hanteren.’