Minister Bruins wil via een wet aanvullende eisen stellen aan de mbo-docenten die les geven in de basisvaardigheden Nederlandse taal, rekenen en burgerschap. Deze docenten moeten volgens de ideeën van de minister een aanvullend opleidingstraject volgen van 30 studiepunten. Niet alle reacties op het wetsvoorstel zijn positief: ‘Niemand gaat dit doen en het docententekort wordt alleen maar groter.’
Aanvankelijk was het voornemen van minister Bruins, en van zijn voorganger Robbert Dijkgraaf, om deze aanvullende eisen in te laten gaan vanaf het studiejaar 2026/2027. In een brief aan de Tweede Kamer geeft de minister echter aan ernaar te streven het wetsvoorstel een jaar later van kracht te laten worden, vanaf 1 augustus 2027. De val van het kabinet-Schoof hoeft geen invloed te hebben op dit tijdspad. De Tweede Kamer heeft het onderwijsbeleid niet controversieel verklaard. De minister kan dus ‘gewoon’ verder met zijn plannen.
Inhoud
In een onderzoeksrapport wordt uit de doeken gedaan wat de inhoud zou kunnen zijn van het aanvullende opleidingstraject. Het rapport beschrijft tot in detail waar docenten aan zouden moeten voldoen. Zo moet de docent Nederlandse taal bijvoorbeeld in staat zijn om een balans te vinden tussen de beroepsvoorbereiding en algemeen vormende ontwikkeling van studenten. De docent wordt ook geacht om de samenwerking op te zoeken met docenten van beroepsgerichte vakken. Daarnaast zou de docent er voor moeten zorgen dat de student met betrekking tot de eigen taalontwikkeling ‘eigenaarschap’ creëert.
Traject
Het is de bedoeling dat hogescholen opleidingstrajecten gaan ontwikkelen voor mbo-docenten die zich moeten bijscholen. Eerst gaat minister Bruins nog in overleg met de MBO Raad, de beroepsvereniging van mbo-docenten en de vakbonden over de voorgestelde opleidingseisen. De minister roept de schoolbesturen op nu al plannen te maken voor het bijscholen van personeel. Voor zittende mbo-docenten komt er een overgangstermijn van vijf jaar.
Belediging
Het wetsvoorstel is opengesteld voor internetconsultatie. De eerste reacties zijn niet bepaald positief. Zo schrijft een docent: ‘Dit wordt een flinke operatie die een flinke wissel gaat trekken op de inzet van docenten. In de tijd van een zeer schaarse arbeidsmarkt is het vragen om problemen.’ In een andere reactie wordt gesteld dat veel rekendocenten geen behoefte hebben aan een bijscholing van 30 weken: ‘Niemand gaat dit doen en het docententekort wordt alleen maar groter.’ Een ervaren rekendocent schrijft: ‘Na bijna 20 jaar rekenen gegeven te hebben zie ik het als een belediging dat ik nu ineens een extra opleiding moet doen.’ Het definitieve wetsvoorstel kan op basis van de reacties nog wijzigen.
Bekijk hier het onderzoeksrapport over de inhoud van de aanvullende opleidingstrajecten
Lees ook: Dijkgraaf wil extra eisen voor docenten basisvaardigheden