Eind van dit jaar hebben er zo’n 50 Twentenaren een praktijkverklaring in het mbo op zak, eind 2020 zijn dat er in totaal 150. Dat is de inzet van de Pilot Praktijkleren, die op 1 juli officieel van start is gegaan.
De pilot is bedoeld voor werkenden en werkzoekenden zonder startkwalificatie en voor wie het behalen van een mbo-diploma (nog) niet haalbaar is. De studenten volgen een deel van een mbo-opleiding en krijgen hiervoor een ‘verklaring’. Het doel van de pilot is om te onderzoeken of zo’n mbo-verklaring de kansen op de arbeidsmarkt vergroot.
Pilot
De Twentse pilot wordt uitgevoerd door een samenwerkingsverband bestaande uit onder andere het ROC van Twente, diverse gemeenten en het Werkplein Twente. Op 1 juli ondertekende de partners een projectplan. Er zijn leerlijnen opgezet voor de branches Groen, Zorg en Logistiek. Samen met werkgevers is gekeken welke vaardigheden nodig zijn om een deelnemer te laten instromen. Vervolgens zijn werkopdrachten geselecteerd die nodig zijn om de vaardigheden aan te leren. Daarbij gaat het niet alleen om vakinhoudelijke vaardigheden ook om algemene werknemersvaardigheden. In het leerwerkbedrijf is een praktijkopleider aanwezig, die de deelnemer ondersteunt en toetst. Bij een positief resultaat krijg de deelnemer een mbo-praktijkverklaring.
150 trajecten
Het is de bedoeling uiteindelijk 150 mensen te plaatsen in de pilot. Doel is dat deelnemers een plek vinden op de reguliere arbeidsmarkt. Ervaringen in andere regio’s laten zien dat meer dan 80% blijft werken bij het bedrijf als ze eenmaal een praktijkverklaring op zak hebben. De Twentse pilot sluit aan bij het landelijke pilots Praktijkleren van de ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).
Lees ook: Praktijkverklaring als diploma (nog) niet mogelijk is