Het is onzeker of het plan voor stagematching de steun krijgt van de Tweede Kamer. Coalitiepartijen VVD en CDA hebben bezwaren.
Bij het Kamerdebat over het mbo kreeg minister Dijkgraaf veel lof voor zijn inzet voor meer waardering voor het mbo. Er was echter ook kritiek. Dat gold in het bijzonder voor het voorstel van de minister om vanaf volgend studiejaar te gaan werken met ‘stagematching’. Bij dat systeem regelt de school voor eerstejaars studenten de stageplaats. Op die manier kan voorkomen worden dat jonge studenten te maken krijgen met stagediscriminatie.
Geen acceptatieplicht
De bezwaren kwamen niet alleen van oppositiepartijen als de PVV (Harm Beertema), maar ook van de coalitiepartijen VVD en CDA. Volgens Zohaïr El Yassini (VVD) hebben zowel de scholen als leerbedrijven bezwaren tegen stagematching. Voor bedrijven is het volgens hem essentieel om stagiairs te kunnen selecteren. In een motie vraagt de VVD dan ook om het plan voor stagematching te herzien. Er zou altijd een kennismakingsgesprek moeten plaatsvinden tussen stagiair en leerbedrijf. Van een acceptatieplicht zou geen sprake mogen zijn.
Twee stageorganisaties
Ook de CDA-fractie wil een aanpassing van het voorstel voor stagematching. Volgens woordvoerder Harry van der Molen zou het goed zijn als leerbedrijven de keus zouden krijgen uit twee studenten. Tevens zouden dan studenten moeten kunnen kiezen uit twee leerbedrijven. Aan de hand van wederzijdse voorkeuren zou dan de school knoop moeten besluiten welke student waar stage gaat lopen.
Stagepact
Stemming over de moties vindt plaats op dinsdag 22 november. Als de Tweede Kamer het plan voor stagematching afwijst, zal dat consequenties hebben voor het stagepact dat minister Dijkgraaf nog dit jaar wil afsluiten.