De VNG steunt het idee van een vakdiploma voor kwetsbare jongeren, maar wil wel dat scholen hier primair verantwoordelijk voor blijven.
De VNG is blij met de erkenning dat er een groep jongeren bestaat voor wie het behalen van een startkwalificatie (een opleiding op niveau 2) niet mogelijk is. Een ‘vakdiploma’, zoals door minister Bussemaker voorgesteld, kan voor deze groep jongeren een goede optie zijn. Maar de VNG wil de verantwoordelijkheid voor deze groep wel nadrukkelijk bij het onderwijs houden: ‘Maatwerktrajecten gericht op het kwalificeren van jongeren voor de arbeidsmarkt is een primaire taak van het onderwijsdomein. Dat betekent dat deze alternatieve leerroutes, anders dan de maatwerktrajecten zorg en welzijn, primair vanuit de onderwijsbegroting gefinancierd dienen te worden. Gemeentelijke financiering is additioneel, bedoeld als uiterst vangnet.’
Samenwerking
In de brief steunt de VNG het idee van regionale samenwerking tussen onderwijs, gemeenten, jeugdhulp en werkgevers. De gemeenten waarschuwen wel voor bureaucratie: ‘We willen graag voortbouwen op lokale praktijken waarmee van onderop functionele samenwerkingsverbanden tot stand komen.’
Verwarring
In de Tweede Kamer bleek nog wat verwarring te bestaan over de status van het vakdiploma. Binnenkort praten de onderwijswoordvoerders hier nog verder over.