Scholen die samen een opleiding verzorgen hoeven onderling geen BTW meer af te dragen. Met deze maatregel maakt minister Bussemaker de weg vrij voor de ‘samenwerkingsschool’.
Bij de samenwerkingsschool zijn meerdere mbo-scholen gezamenlijk verantwoordelijk voor een opleiding. Door zo’n samenwerkingsverband kunnen scholen in staat zijn bepaalde kostbare opleidingen te behouden. Tot op heden stuitte deze vorm van samenwerking op een praktisch probleem: over allerlei kosten moesten de scholen elkaar 21% BTW in rekening te brengen. Opleidingen dreigden hierdoor onbetaalbaar te worden. Onder andere de beoogde samenwerking tussen de Rotterdamse mbo-scholen Zadkine en Albeda in een techniekcollege werd hiervoor gecompliceerd.
Akkoord
Al langer had minister Bussemaker de wens om dit soort praktische belemmeringen voor samenwerking tussen scholen weg te nemen. Dankzij een akkoord tussen het ministerie van Onderwijs en de fiscus zijn scholen nu niet meer verplicht onderling omzetbelasting in rekening te brengen, bijvoorbeeld over de inhuur van ondersteunend personeel en ICT. De maatregel wordt enthousiast ontvangen door scholen, schrijft het Financieel Dagblad. ‘In veel gevallen valt of staat de samenwerking hiermee’, zegt René Louwerse, lid van het college van het Albeda College. In andere gevallen hadden mbo-scholen hun samenwerkingsplannen in de ijskast gezet in afwachting van de btw-discussie.