Basiskwaliteit van het mbo steeds beter op orde

Het mbo-onderwijs rust in toenemende mate op een robuust en duurzaam fundament. Die conclusie trekt het programma-management MBO15 in haar slotrapportage ‘Focus op Vakmanschap in bedrijf’.

De implementatie van het Actieplan mbo Focus op Vakmanschap ligt volgens MBO15 op koers. De mbo-scholen hebben maatregelen als de verkorting en intensivering van de opleidingen zonder problemen kunnen invoeren. Ook de herziening van de kwalificatiestructuur ligt op koers. Al met al trekt MBO15 de conclusie dat Focus op Vakmanschap een succesvol verbeterprogramma is geweest. Het plan heeft de scholen ondersteund bij de planmatige verbetering van de kwaliteit van het onderwijs, de onderwijskundige bedrijfsvoering en de professionalisering van medewerkers.

Tocht naar de top
Met de conclusie dat het mbo-onderwijs in toenemende mate rust op een robuust en duurzaam fundament sluit MBO15 aan bij de conclusies van de Inspectie van het Onderwijs en de JOB-monitor. Nu de basis op orde is, kan er meer aandacht uitgaan naar het hoger leggen van de lat. ‘De tocht naar de top is begonnen’, zo stelt de rapportage. De kwaliteitsafspraken in het mbo kunnen hierbij een belangrijke rol spelen.

Knelpunten
In de rapportage, gebaseerd op gesprekken met de bestuurders van de mbo-scholen, worden ook enkele hardnekkige knelpunten benoemd. Het gaat dan onder andere om de tevredenheidsmeting onder leerbedrijven, de zogenaamde BPV-monitor. Dit systeem lijkt een ‘bureaucratische moloch’ te worden die werkbaar noch werkzaam is. Ook betreuren de opstellers van de rapportage dat de keuzedelen in de huidige opzet automatisch gekoppeld zijn aan één of meer kwalificaties. Dit belemmert de vrijheid van scholen om samen met het regionale bedrijfsleven het onderwijs in te richten.

Lees hier de volledige rapportage.