Om iets te doen aan de grote tekorten op de arbeidsmarkt moet de vrije studiekeuze van studenten aan banden worden gelegd. Ook moeten scholen de plicht krijgen om hun opleidingenaanbod aan te passen aan de vraag op arbeidsmarkt. Tot dat advies komt een door het kabinet ingestelde werkgroep.
Volgens het rapport doen zich in de Nederlandse samenleving twee ontwikkelingen voor die het noodzakelijk maken om meer te sturen op de studiekeuze van studenten. Enerzijds gaat het om het krimpend aantal jongeren en anderzijds om de snel veranderende arbeidsmarkt. Diverse cruciale sectoren, zoals de zorg en de techniek, kampen door deze ontwikkelingen nu al met groeiende personeelstekorten. Tegelijkertijd kiezen nog veel jongeren een opleiding met een matig arbeidsmarktperspectief. Alle reden daarom, aldus het advies, om meer te gaan sturen op de studiekeuze.
Regioplan
Volgens het advies ligt de bal vooral bij de mbo-scholen. Zij krijgen de plicht om een regioplan te maken voor de komende zes jaar. Dat plan geeft een schets van de verwachte arbeidsmarktontwikkelingen. Op basis van die verwachting maakt de school een ideaalplaatje van de instroom van studenten. Vervolgens gaat de school met vertegenwoordigers van werkgevers en overheden afspraken maken over de manier waarop de instroom in de gewenste opleidingen bevorderd en de instroom in andere opleidingen beperkt kan worden. Dit alles moet gebeuren aan een ‘regiotafel’. Het ministerie van Onderwijs stelt een ‘verbinder’ ter beschikking die de school helpt bij het vervullen van de rol in de regio. Een onafhankelijke commissie beoordeelt de plannen van de scholen. Als de plannen een positief advies krijgen, kunnen de scholen rekenen op een deel van de bekostiging.
Subsidie praktijkleren
Naast de voorstellen voor regioplannen komt het advies nog met andere ideeën voor het sturen op de studiekeuze van studenten. Zo zou de subsidie praktijkleren vooral kunnen worden ingezet voor tekortsectoren. Nu gaat een kwart van deze subsidiepot naar domeinen zonder een goed arbeidsmarktperspectief. Ook zou de overheid de prijsfactoren voor tekortstudies kunnen verhogen. Een school ontvangt dan meer bekostiging voor een student die een tekortopleiding kiest. Een laatste mogelijkheid is de numerus fixus: de overheid kan bepalen dat voor bepaalde opleidingen een maximum aantal studenten kan worden toegelaten.
IBO-advies
Het rapport ‘Samen gericht opleiden voor wendbare vakmensen’ is opgesteld door een werkgroep van ambtenaren en deskundigen. Opdrachtgever voor zo’n IBO-advies is het kabinet. IBO staat voor ‘interdepartementaal beleidsonderzoek’. Dit soort onderzoeken hebben tot doel beleidsopties te ontwikkelen voor een bepaald beleidsterrein. De werkgroep die dit advies opstelde stond onder leiding van Monique Vogelzang, voormalig hoofd van de Onderwijsinspectie. Het IBO-advies kan voor het nieuw te vormen kabinet een inspiratie zijn voor beleid. Het rapport kan echter ook in een la verdwijnen. Vanwege de demissionaire status van het kabinet heeft minister Dijkgraaf, zelf een verklaard tegenstander van sturen op studiekeuze, geen beleidsreactie gegeven. Een nieuwe minister van Onderwijs zal dat te zijner tijd nog doen.
Lees hier het volledige rapport ‘Samen gericht opleiden voor wendbare vakmensen’