Als eerste gemeente in Nederland is in Nijmegen een ‘Meldpunt geen stage’ geopend. leerlingen die er niet in slagen een stageplek te vinden, kunnen zich melden bij het meldpunt.
Met een klein symposium over discriminatie op de stagemarkt werd het kersverse meldpunt geopend. Eva Klooster, onderzoeker van het Verwey-Jonker Instituut, gaf in haar inleiding aan dat er geen harde cijfers zijn over discriminatie op de stagemarkt. Dat betekent echter niet dat er geen probleem is: er zijn veel signalen en vermoedens dat het fenomeen zich op aanzienlijke schaal voordoet, in het bijzonder bij mbo-studenten op niveau 4. Bij het aanpakken van het probleem is volgens Klooster een cruciale rol weggelegd voor de stagebegeleiders van de scholen. Zij moeten signalen van discriminatie actief oppakken. Te vaak komt het voor dat scholen vermoedens van discriminatie negeren uit angst het leerbedrijf kwijt te raken.
Begeleiding
Dat er aan de begeleiding van stages nog het nodige verbeterd kan worden, werd bevestigd door Aleksander Stommels van studentenorganisatie JOB. Het JOB ontvangt veel klachten over de stagebegeleiding. Een probleem is volgens Stommels dat de verantwoordelijkheden tussen school, bedrijf en leerling rond beroepspraktijkvorming niet helder verdeeld zijn.
Bespreekbaar
Tijdens de paneldiscussie benadrukte Hanneke Berben van ROC Nijmegen het belang van het thema discriminatie op de stagemarkt. Cruciaal is volgens haar dat het onderwerp bespreekbaar wordt gemaakt, zowel binnen de school als in contacten met leerbedrijven. Bij vermoedens van discriminatie moet de school rugdekking geven. Om problemen rond stages te voorkomen kunnen leerlingen ook bij de klachtencommissie of vertrouwenspersoon van het ROC terecht. Overigens heeft ook SBB een eigen meldpunt voor stagetekorten.