In opdracht van het ministerie van Onderwijs verkent een consortium van onderzoeksbureaus of het wenselijk is dat publieke scholen een wettelijke opdracht krijgen om bij- en omscholing te verzorgen. De uitkomst van het onderzoek wordt na de zomer verwacht.
Dat schrijft minister Eppo Bruins in een brief aan de Tweede Kamer. Een publieke opdracht voor het verzorgen van om- en bijscholing is een wens van met name de MBO Raad. De belangenorganisatie van mbo-scholen wil graag dat de scholen naast het onderwijs aan jongeren ook een grote rol spelen in het volwassenenonderwijs. De private aanbieders van onderwijs, verenigd in de NRTO, zijn daar geen voorstander van. Volgens de commerciële onderwijspartijen zou een wettelijke opdracht voor de publieke scholen een vorm van concurrentievervalsing zijn.
Geen overheidstaak
In het onderzoek, dat al eerder aangekondigd is, staat de vraag centraal of het mogelijk en wenselijk is dat de mbo-scholen, de hbo-scholen en de universiteiten vanuit de Rijksoverheid de opdracht krijgen om volwassenenonderwijs te verzorgen. Op dit moment is het onderwijs aan volwassenen geen overheidstaak. Dit onderwijs wordt voornamelijk verzorgd door commerciële partijen, zoals NCOI. Het ministerie wil weten of publieke onderwijsaanbieders een extra bijdrage kunnen leveren. Het kan dan ook gaan om een specifiek onderdeel van het onderwijs aan volwassenen, zoals de aanpak van laaggeletterdheid of inburgering. Het onderzoek wordt uitgevoerd door een consortium van drie bureaus, waaronder CINOP en ROA.
Ontwikkelrekening
In de Kamerbrief schrijft minister Bruins daarnaast dat het kabinet onderzoekt of het zinvol is om te gaan werken met een persoonlijke leer- en ontwikkelrekening. In zo’n model kan iedere burger een eigen potje creëren voor onderwijs. De eerste experimenten met zo’n model, in de vorm van de STAP-regeling, zijn op een drama uitgelopen. Uit eerdere onderzoeken is gebleken dat een model met persoonlijke leerrekeningen miljarden kost. Daarbij is het van belang dat het huidige kabinet geen middelen heeft gereserveerd voor leven lang ontwikkelen.
LLO-agenda
In de Kamerbrief is desondanks sprake van een gezamenlijke LLO-agenda. Het kabinet wil samen met sociale partners, regio’s en opleiders tot zo’n (nieuwe) agenda komen. Het is de vraag wat zo’n agenda kan voorstellen zonder financiële middelen. Het beleid rond leven lang leren komt al bijna een halve eeuw niet van de grond. Het aantal onderzoeksrapporten en verkenningen breidt zich almaar uit. Niet voor niets wordt al langer gezegd dat de afkorting LLL niet staat voor leven lang leren maar voor leven lang lullen.
Lees hier de Beleidsbrief vervolgonderwijs, onderzoek en wetenschap
Lees ook: Leven lang ontwikkelen: ministerie verkent wettelijk taak scholen