Hoe kun je rekenen en gecijferdheid onder je mbo-studenten het beste stimuleren? Die vraag staat centraal bij het overzicht met wetenschappelijke literatuur en praktijkvoorbeelden dat Monica Wijers en Vincent Jonker in opdracht van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek (NRO) samenstelden. Het overzicht is nu te vinden op Onderwijskennis.nl. MBO-today sprak met beide onderzoekers.
Mbo-studenten hebben al aardig wat jaren rekenonderwijs gehad als ze aan hun opleiding beginnen. Op de basisschool en de middelbare school kwamen alle denkbare rekenonderwerpen aan bod. Niet alle opgedane kennis en rekenvaardigheden zijn blijven hangen. Even die kennishiaten vullen – ‘deficiëntieonderwijs’ – is geen zinvolle aanpak. Het doel van rekenen in het mbo is immers functioneel rekenen in betekenisvolle situaties. Bovendien ontbreekt bij studenten vaak de motivatie, zeker bij opleidingen waarbij het niet direct duidelijk is wat nou het nut van rekenen is voor de beroepspraktijk.
Daarnaast hebben sommige studenten regelrechte rekenangst. Denkend aan de vele sommen van de basisschool, breekt bij hen het zweet uit. Zij hadden in het primaire onderwijs al veel moeite met rekenen: toen kon ik het al niet, dus nu vast ook niet. Weer andere studenten hebben gewoonweg moeite met bepaalde rekenvaardigheden. Ook kan de animo om een probleem op te lossen ver weg zijn. Het is daarom belangrijk om deze studenten te laten ontdekken wat ze al wel kunnen en in welke dagelijkse situaties ze wél in staat zijn gecijferd te handelen.
Onderwijskennis.nl
In opdracht van het Nationaal Regieorgaan Onderwijsonderzoek, verzamelden vakdidacticus Monica Wijers en onderzoeker en ontwikkelaar Vincent Jonker (beiden werkzaam bij Universiteit Utrecht) wetenschappelijke literatuur en praktijkvoorbeelden over hoe je rekenen en gecijferdheid onder mbo-studenten tóch kunt stimuleren. Vervolgens stelden zij een overzicht samen voor Onderwijskennis.nl. Via deze site maakt het NRO kennis uit onderzoek vindbaar, toegankelijk en bruikbaar, zodat onderwijsprofessionals wetenschappelijke inzichten in de praktijk kunnen toepassen. Vers in het assortiment is de bijdrage van Monica en Vincent, het overzicht Rekenen en gecijferdheid in het mbo, met kennis uit onderzoek en allerlei handvatten voor contextrijk rekenen en gecijferdheid.
Literatuur en praktijk
Het was nog best een zoektocht’, beaamt Vincent. ‘Er is nog niet zo veel onderzoek gedaan naar de relatie van de al wat oudere lerende in een beroepsopleiding – de mbo-student dus – met rekenen en gecijferdheid.’ ‘Mede daarom hebben we ook gekeken naar onderzoek in andere sectoren, bijvoorbeeld de volwasseneducatie’, vult Monica aan. ‘En in de algemene onderwijsliteratuur staat veel over motivatie. We hebben geput uit diverse bronnen en gebruikgemaakt van de praktijk. In vakbladen vonden we allerlei interessante praktijkverhalen; daarnaast hebben we veel feedback gekregen van onze klankbordgroep met rekendocenten uit het mbo.’
Rekensituaties
Rekenen wordt met name betekenisvol als je er een praktisch probleem mee probeert op te lossen. Belangrijke vraag bij het onderzoek was dan ook in welke situaties studenten met rekenen te maken krijgen. Het meest voor de hand liggende antwoord op die vraag is: binnen de beroepscontext. ‘In een sector als techniek komt rekenen vaak voor’, beaamt Vincent. ‘Daar kun je als rekendocent gemakkelijker je lessen zo inrichten dat de nieuwe rekeneisen die sinds 2022 gelden, aan bod komen. Daarnaast heb je bij sommige opleidingen beroepsspecifieke rekenvakken, zoals verpleegkundig rekenen. Maar voor veel docenten is het echt zoeken hoe zij het rekenen goed kunnen vormgeven in hun lessen. Er zijn zo op het eerste oog immers minder aanknopingspunten. Toch is het aantal mogelijkheden om rekenvaardigheden in een beroepscontext te ontwikkelen talrijker dan we in eerste instantie dachten. Er is ook meer lesmateriaal op dit gebied dan we hadden verwacht.’
Contextrijk
Naast situaties in de beroepscontext blijken er nog andere rekensituaties te zijn die dichtbij de mbo-student liggen. ‘Jongerenorganisatie JOB MBO vroeg een tijdje geleden in een enquête aan studenten waar en wanneer zij met rekenen te maken krijgen’, vertelt Monica. ‘De deelnemende studenten noemden momenten tijdens de beroepsgerichte vakken van hun opleiding en hun stage, maar gaven ook voorbeelden van situaties in hun dagelijkse leven. Bijvoorbeeld: afrekenen voor een groep na een avondje stappen. Contextrijk rekenen is dus niet alleen rekenen in de beroepscontext. Het kan ook algemener zijn: maatschappelijk functioneren of persoonlijk leven.’
‘Nog meer voorbeelden kregen we van de expertgroep die mee heeft geschreven aan de nieuwe rekeneisen’, voegt Vincent toe. ‘De rekendocenten in deze expertgroep stelden dezelfde vraag als JOB aan hun eigen studenten. We hebben zodoende veel onderwerpen verzameld waarin studenten rekenen herkennen. Het zou heel mooi zijn als rekendocenten daarvan meer gebruik zouden maken. Het gaat er niet meer om dat je je studenten tafels van buiten laat leren, maar dat zij in een situatie waarin ze rekenkennis nodig hebben, deze kunnen toepassen. Oftewel: zien wat je nodig hebt en daar dan een probleem mee te lijf kunnen gaan.’
Rekenangst
Alle interessante literatuur en voorbeelden die Vincent en Monica bij hun zoektocht tegenkwamen, belandden in het overzicht ‘Wat werkt bij het versterken van gecijferdheid’. Ze werken momenteel ook aan een leidraad die nog meer inzichten, concrete tips en handvatten voor rekendocenten in het mbo biedt over hoe je rekenen en gecijferdheid onder mbo-studenten tóch kunt stimuleren. Dit gebeurt in de vorm van aanbevelingen met een uitgebreide toelichting over de benodigde vaardigheden, de wijze waarop je je lessen kunt inrichten en lesmateriaal. Ook deze aanbevelingen zijn wetenschappelijk onderbouwd met onderzoeksresultaten die Vincent en Monica vonden in de literatuur en de onderwijspraktijk. De leidraad is straks te vinden op www.onderwijskennis.nl/leidraden.
‘We bevelen in ieder geval aan om als rekendocent alert te zijn op rekenangst’, licht Monica alvast een tipje van de sluier op. ‘Sommige docenten vinden dat hun studenten helemaal niet kunnen rekenen. Maar als je op het mbo opnieuw die hele basisleerstof gaat behandelen, schieten deze studenten echt in de weerstand. Als docent kun je dat doorbreken, en wel door de goede context te kiezen of studenten te laten ervaren waar ze het wél kunnen. Wanneer het bijvoorbeeld om hun eigen geld gaat of een baantje, lukt het rekenen vaak wél. Als je ook daar als docent oog voor hebt, bouwt zo’n student met rekenangst zelfvertrouwen op: je kunt het al, want je doet het toch al? Sluit dus aan bij wat de student bezighoudt.’
Hulpmiddelen
Een andere aanbeveling heeft te maken met het inschakelen van hulp(middelen). ‘Dit vraagt om een andere blik op basisvaardigheden’, aldus Vincent. ‘Als je een probleem probeert op te lossen, is het raar als je daarbij geen hulpmiddel mag gebruiken. Dat geldt ook voor rekenen. Iedereen heeft een rekenmachine op zijn smartphone. Waarom zou je die niet gebruiken? Het gaat erom dat je je kunt redden op het moment dat je gecijferd moet handelen. Daar heb je een rekenmachine voor. Of, ook handig: een student die naast je zit en toevallig heel goed kan rekenen.’
Webinar: Op donderdag 7 december verzorgen Monica en Vincent een webinar ‘Rekenen en gecijferdheid in het mbo’. Je kunt je via deze link aanmelden. Het webinar is gratis en start om 15.30 uur.
Lees ook: Nieuwe rekeneisen vanaf 1 augustus 2022 van kracht