Roep om aanpassing van ‘rigide’ stagestelsel

De roep om het systeem van erkenning van leerbedrijven te versoepelen wordt steeds luider. Als leerbedrijven studenten uit meerdere sectoren mogen plaatsen, levert dat een belangrijke bijdrage aan de oplossing van het stagetekort.

‘Neem dichtgetimmerd stagestelsel op de schop’, zo luidt de kop van een opiniebijdrage van stagedeskundige Maarten Brand in de Volkskrant. Volgens Brand, auteur van Het grote stageboek voor werkgevers, moet het huidige systeem van erkenningen van leerbedrijven worden versoepeld. Op dit moment krijgen werkgevers die als leerbedrijf erkend worden alleen het recht om voor een bepaald type opleidingen een stage aan te bieden. ‘Logisch dat een student autotechniek niet gaat stagelopen bij een accountantskantoor’, zo schrijft Brand. ‘Maar wil je als horecastudent bij de receptie van een autobedrijf werken om mensen te leren ontvangen? Kan niet zomaar. Wil je als commercieel student in de zorg aan de slag? Kan ook niet zomaar.’

Brede erkenningen

Volgens Brand moet het huidige systeem van erkenningen op de schop. Hij pleit voor brede erkenningen: leerbedrijven zouden de ruimte moeten krijgen om ook studenten van andere opleidingsrichtingen een stageplek te bieden. Dat past ook veel beter bij de flexibele arbeidsmarkt van vandaag.  Voor veel vakken zijn algemene vaardigheden nodig, zoals flexibiliteit en ondernemerschap. Deze vaardigheden kunnen studenten in tal van sectoren aanleren. Het is dus niet nodig te werken met een dichtgetimmerde structuur. Als wordt vastgehouden aan het rigide systeem van erkenningen zal het niet lukken het stagetekort op te lossen. ‘Ondanks oproepen, initiatieven en miljoenen euro’s subsidie, blijft het dan dweilen met de kraan open’, aldus Brand.

Onvoorspelbare toekomst

Brand staat niet alleen in dit pleidooi voor een brede erkenning van leerbedrijven. Onlangs pleitte Rob Neutelings van Curio (het voormalige ROC West Brabant) er ook al voor om studenten stage te laten lopen in andere sectoren. In een opinieartikel in het Financieele Dagblad stelde hij: ‘Het is al lang duidelijk dat je als afgestudeerde mbo’er niet tot je pensioen hetzelfde beroep zult uitoefenen. En dat het mbo-onderwijs jongeren dus handvatten moet aanreiken om zo goed mogelijk voorbereid te zijn op een onvoorspelbare toekomst. Het simpelweg blijven hameren op de specifieke eisen voor één beroep past niet in crisistijd, en ook niet in de tijd die daarna komt.’

Vergelijkbaar pleidooi

Ook Jacco Vonhof, voorzitter van MKB Nederland, houdt een vergelijkbaar pleidooi. Volgens Vonhof zou het een goede zaak zijn als een stage kan worden ingevuld in een andere branche, waar de student vergelijkbare vaardigheden aanleert: ‘Een student die geen plek kan vinden bij een logistiek bedrijf, kan wellicht aan de slag bij de  goederenafhandeling van een groot ziekenhuis. En studenten die hun stage verliezen in de detailhandel, kunnen mogelijk tijdelijk terecht bij tuincentra en bouwmarkten.’

Lees hier het opinieartikel van Maarten Brand