Studenten positief over nieuwe rekenexamen

Studenten zijn positief over het nieuwe mbo-rekenexamen. Zij waarderen het als de opgaven te maken hebben met onderwerpen uit het dagelijks leven. Dat blijkt uit onderzoek van de Universiteit Utrecht onder ruim vijfhonderd studenten.

Studenten konden in het onderzoek hun mening geven over de in de opgaven gebruikte thema’s, de manier van beoordelen (niet alleen het antwoord) de vorm van examineren (digitaal) en de moeilijkheidsgraad. Zij waarderen het als de opgaven betrekking hebben op onderwerpen uit het reële leven. Opgaven over het minimumloon vinden zij bijvoorbeeld interessant: daar hebben zij in hun toekomstig werk mee te maken. Opgaven die te maken hebben met routes en plattegronden associëren zij niet met rekenen, terwijl dit wel onderdelen zijn van de rekeneisen. Studenten zouden volgens de onderzoekers hiervan doordrongen moeten raken via het rekenonderwijs.

Digitaal

Aan het digitaal afnemen van de rekenexamens kleven volgens studenten zowel voor- als nadelen. Ze zijn te spreken als in de opgaven filmpjes en animaties gebruikt worden. Nadeel vinden ze dat zij geen kladpapier kunnen gebruiken. Hiervoor zouden in de afnameomgeving digitale alternatieven ontwikkeld kunnen worden.

Rekenangst

De moeilijkheid van de vragen was volgens de studenten over het algemeen ‘precies goed’, met een lichte neiging naar ‘makkelijk’. De onderzoekers raden aan de moeilijkheidsgraad nader te bekijken, onder andere door in gesprek te gaan met studenten. Daarnaast zou er meer aandacht moeten zijn voor de invloed van het verschijnsel ‘rekenangst’, dat bijvoorbeeld voorkomt onder zorgstudenten. Hier zien de onderzoekers vooral een taak voor het rekenonderwijs.

Het onderzoek vond plaats onder zo’n 500 BOL-studenten van meer dan vijftien scholen. Bij het onderzoek traden het Practoraat Rekenexamens en studentenorganisatie JOB op als klankbord. Het volledige onderzoeksrapport is hier te vinden.

Lees ook: Nieuwe rekeneisen vanaf 1 augustus 2022 van kracht