Voorstel bekwaamheidseisen onderwijsondersteuners

De bekwaamheidseisen waar zogenaamde onderwijsondersteuners in het mbo aan moeten voldoen worden vastgelegd. De BVMBO was nauw betrokken bij het opstellen van de eisen.

Het ministerie van Onderwijs heeft in een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) de eisen vastgelegd waaraan onderwijsondersteuners moeten voldoen. Het gaat onder andere om vakinhoudelijke kennis en om pedagogisch-didactische kwaliteiten. Het concept voor de AMvB is nu vrijgegeven voor consultatie. Het staat eenieder vrij om te reageren op het voorstel.

Kennisniveau
Voor docenten zijn al langer kwaliteitseisen vastgelegd. Voor onderwijsassistenten was dit echter tot op heden niet het geval. De eisen die nu geformuleerd zijn hebben alleen betrekking op de ondersteuners die rechtstreeks betrokken zijn bij het onderwijsproces. Ten aanzien van het kennisniveau wordt van ondersteuners gevraagd de inhoud van de lessen ten minste te beheersen op het eindniveau van de opleiding. Wat de didactische en pedagogische kwaliteiten betreft wordt geëist dat de ondersteuner in ieder geval een opleiding heeft op mbo-4 niveau.

IJkpunt
De eisen, die in nauw overleg met de beroepsvereniging van mbo-opleiders (BVMBO) zijn opgesteld, zullen in de toekomst een ijkpunt zijn voor opleidingen voor ondersteuners. Ook kunnen de eisen een rol spelen bij het onderhouden van de bekwaamheid. Nieuwe ondersteuners zullen moeten voldoen aan de eisen. Voor reeds werkzaam personeel geldt een uitzondering: de onderwijsondersteuner die in dienst is op de dag voor de inwerkingtreding van de AMvB, wordt geacht reeds aan de gestelde bekwaamheidseisen te voldoen. Hij is dus niet verplicht een nieuwe aanvullende opleiding te doen.

Lees ook: Bekwaamheidseisen ondersteunend personeel geformuleerd