Docenten willen meer zeggenschap over het landelijk onderwijsbeleid. Over onderwerpen als keuzedelen en kwalificatiedossiers hebben docenten nu te weinig te zeggen.
Dat blijkt uit een uitgebreid onderzoek van de beroepsvereniging van mbo-opleiders. Aan het onderzoek, dat liep in de eerste maanden van dit jaar, namen bijna 900 docenten mee. De overgrote meerderheid van de deelnemers, zo’n 95%, is trots op het vak. Maar meer dan 80% van de deelnemers vindt dat docenten te weinig invloed hebben op het landelijk onderwijsbeleid. Onderwijsteams zijn daardoor te weinig eigenaar van het onderwijs.
Ambtenaar
Bij de presentatie van de onderzoeksresultaten komt ook Jolanda Cuijpers aan het woord. Zij was in 2017 een jaar lang leraar-ambtenaar op het ministerie van Onderwijs. Zij merkte dat er veel gesproken wordt over het onderwijs zonder de stem van de docent hierbij te betrekken. Naar aanleiding van die ervaring is ze in het bestuur van de beroepsvereniging gestapt. Ze organiseert nu bezoeken van Tweede-Kamerleden aan scholen. Jolanda weet dat ze hiermee veel invloed kan uitoefenen.
Regie
Uit de enquête blijkt verder dat veel docenten snakken naar meer regelruimte. Vaak staan bij het maken van onderwijs de regels centraal, in plaats van het belang van de student. Dat komt niet alleen door regelgeving vanuit het ministerie of de inspectie, maar ook door de vertaling van de regels binnen de scholen. Er is vaak meer ruimte dan scholen denken. Het is dan ook het beste om gewoon te beginnen met vernieuwing: ‘Kader aan de kant en het beste voor de student’.
Vakmanschap
Veel docenten hebben daarnaast de behoefte aan het verbeteren van de professionele cultuur. Als beroepsgroep is het belangrijk om te werken aan kwaliteitsborging. Er is veel vraag naar mogelijkheden om kennis te delen, bijvoorbeeld via een open platform. Dit is primair een opdracht voor de beroepsgroep zelf.
Kijk voor alle resultaten op de website van de bvmbo