Het aantal mbo-scholen dat de kwaliteit van het eigen onderwijs goed kan borgen stagneert. Dat blijkt uit het nieuwste inspectierapport over de staat van het onderwijs.
Volgens het inspectierapport heeft ongeveer een derde van de onderzochte mbo-scholen nog geen volledige functionerende kwaliteitscyclus. Veel scholen zijn nog onvoldoende in staat om de eigen onderwijskwaliteit goed te beoordelen. Hierdoor kunnen scholen ook niet de juiste verbeteracties inzetten. Zeker op teamniveau zijn er grote verschillen in de aandacht voor kwaliteitsverbetering. Ongeveer de helft van alle onderzochte teams moet nog flinke stappen zetten om de onderwijskwaliteit cyclisch te verbeteren.
Kwaliteitscultuur
Vanaf volgend schooljaar let de Onderwijsinspectie in het vernieuwde toezicht vooral op de kwaliteitscultuur binnen de scholen. Er blijkt namelijk een duidelijk verband tussen kwaliteitsborging en onderwijskwaliteit: opleidingen met een goede kwaliteitsborging bieden beter onderwijs. Hoe meer medewerkers op de werkvloer bezig zijn met kwaliteitszorg, des te sterker de kwaliteitsverbetering. Onderwijskundig leiderschap is hierbij cruciaal: scholen waar onderwijskundig leiders zich sterk richten op het primaire proces, scoren op alle fronten beter.
Gelijke kansen
In navolging van vorig jaar besteedt het inspectierapport veel aandacht aan het thema ‘gelijke kansen’. Ditmaal wordt scherp in beeld gebracht dat mbo-gediplomeerden met een migrantenachtergrond minder goede baankansen hebben. Eén jaar na diplomering is 6% van de westerse studenten nog werkloos, tegen maar liefst 20% van de gediplomeerden met een niet-westerse achtergrond. Met name bij beroepen in de private sector en bij beroepen met veel klantcontacten zijn de verschillen groot.
Beroepspraktijkvorming
Het inspectierapport besteedt ook aandacht aan de kwaliteit van de stages. Hoewel studenten over het algemeen behoorlijk tevreden zijn over hun beroepspraktijkvorming, constateert de inspectie nog drie duidelijke verbeterpunten: het vinden van een stageplek, de begeleiding tijdens de stage vanuit de school en de aansluiting tussen de stage en het onderwijs op school. Sinds kort werken bijna alle mbo-scholen gestructureerd aan de kwaliteit van de stages via de ‘verbeterplannen beroepspraktijkvorming’.
Stapelaars
Nog een opmerkelijk nieuwtje uit het inspectierapport: het stapelen binnen het mbo wint weer terrein. Tussen 2010 en 2015 nam het aantal ‘stelselverlaters’ (studenten die het mbo verlaten) met drie of meer diploma’s toe van zo’n 4,5% naar bijna 7%. Ook het aantal studenten met twee diploma’s nam toe van ruim 22% naar 25%. Daarnaast stijgt ook de doorstroom naar het hbo weer.