De nieuwe coalitie van PVV, VVD, NSC en BBB heeft weinig concrete plannen voor het mbo in petto. Wel hebben de partijen de ambitie om in het mbo meer aandacht te gaan besteden aan de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt.
Het Hoofdlijnenakkoord dat de vier coalitiefracties woensdagnacht naar buiten brachten draagt de titel ‘Hoop, lef en trots’. Dit is een interessante variant op het bestuursakkoord ‘Trots, vertrouwen en lef’ dat minister Van Engelshoven in 2018 met de mbo-scholen sloot. Voor het overige zijn er in het coalitieakkoord weinig aanknopingspunten voor het mbo te vinden. Er is slechts één concrete ambitie, namelijk dat in het mbo meer aandacht wordt gegeven aan de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt.
Kansrijk opleiden
Wat dit concreet betekent, is onduidelijk. De aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt is een thema dat sinds jaar en dag hoog op de agenda van mbo-scholen staat. Deze aansluiting is ook een wettelijke plicht voor scholen. Over de vraag in hoeverre scholen de studiekeuze van jongeren mogen sturen, bestaat veel discussie. Een partij als de VVD pleit al langer voor het stoppen met opleidingen die minder relevant zijn voor de arbeidsmarkt. Veel andere partijen staan juist pal voor de keuzevrijheid van jongeren. Recent hebben werkgevers zich teruggetrokken uit het overleg over kansrijk opleiden, omdat het niet mogelijk bleek om afdwingbare afspraken te maken met scholen over het sturen op opleidingskeuze. In een reactie op het nieuwe coalitieakkoord geeft werkgeversorganisatie MKB Nederland aan de betere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt toe te juichen.
Burgerschap
De invloed van de PVV is zichtbaar bij een passage in het akkoord over burgerschap. Volgens het akkoord mag er geen ruimte zijn in het onderwijs voor het overdragen van antidemocratische opvattingen. De Onderwijsinspectie moet hierop toezicht houden. Om radicalisering te voorkomen, moet de burgerschapsopdracht worden aangescherpt. In hoeverre dit ook van toepassing is op het mbo, is onduidelijk. Minister Dijkgraaf heeft recent nieuw beleid ontwikkeld voor het burgerschapsonderwijs op het mbo, inclusief een verplicht examen.
Bezuinigingen
Voor andere onderwijssectoren bevat het akkoord meer concrete punten. Met name het hoger onderwijs krijgt te maken met forse bezuinigingen. Extra investeringen die minister Dijkgraaf had afgesproken worden deels teruggedraaid. Het gaat onder andere om de sectorplannen hoger onderwijs en wetenschap en het Fonds Onderzoek en Wetenschap. Deze bezuiniging loopt meerjarig op tot zo’n 2 miljard euro.
Herstelplan
In het akkoord wordt ook ingegaan op het teruglopende niveau van basisvaardigheden. Volgens de coalitiepartners is een ‘Herstelplan Kwaliteit Onderwijs’ nodig om het tij te keren. De basisvaardigheden lezen, schrijven en rekenen moeten absolute prioriteit krijgen. Het herstelplan bevat ook de nodige vrijblijvende ambities als ‘de methodes om te toetsen moeten beter’.
Groeifonds
Om de ambities van het kabinet te financieren wil de coalitie fors snijden in het Groeifonds. In totaal gaat het om een besparing van zo’n zeven miljard euro. Vooralsnog heeft dit geen consequenties voor de reeds gestarte projecten die van belang zijn voor het mbo. Het gaat dan bijvoorbeeld om de LLO-katalysator en de meerjarige impuls voor digitaal onderwijs. De hiervoor gereserveerde gelden blijven voorlopig beschikbaar. Organisatie Npuls, verantwoordelijk voor de digitaliseringsimpuls, benadrukt niet geraakt te worden door het stopzetten van het Groeifonds.
Lees hier het Hoofdlijnenakkoord ‘Hoop, lef en trots’