Knelpunten rond opleiden op de werkvloer

De sterke daling van het aantal bbl-plekken heeft primair een conjuncturele oorzaak. Daarnaast moeten veel werkgevers nog wennen aan de Subsidieregeling praktijkleren. Meer afstemming tussen onderwijs en bedrijfsleven kan het praktijkleren in de regio een extra stimulans geven.

Tijdens een hoorzitting over ‘opleiden over de werkvloer’ werden de woordvoerders uit de Tweede Kamer bijgepraat over de recente ontwikkelingen rond praktijkleren. Aanleiding voor de hoorzitting, een initiatief van Anne-Wil Lucas (VVD), is de scherpe daling van het aantal bbl-plekken. Dit schooljaar zijn er naar verwachting maar net 100.000 leerbanen. Dit aantal lag enkele jaren geleden nog boven de 165.000.

Laagconjunctuur
Mirjam Sterk, tot voor kort ambassadeur jeugdwerkloosheid, ziet meerdere redenen voor de daling van het aantal bbl-plekken. In tijden van laagconjunctuur hebben bedrijven altijd minder leerbanen beschikbaar. Daarnaast speelt de afschaffing van de WVA een grote rol; de Subsidieregeling praktijkleren, van kracht sinds 2014, is voor werkgevers minder aantrekkelijk. Daarnaast moeten scholen en bedrijven volgens Sterk beter samenwerken om maatwerk te kunnen bieden. Als voorbeeld noemt zij de gecombineerde leerweg, waarbij een leerling de opleiding voltijds begint en afsluit met een gegarandeerde bbl-plek. Volgens Adriana Stel, directeur van het opleidingsfonds voor de flexbranche, is de gecombineerde leerweg voor oudere werknemers echter niet interessant. Dat zou namelijk leiden tot te hoge verletkosten voor bedrijven.

Extra eisen
Paul Oomens, directeur van de MBO Raad, onderschrijft dit laatste. Hij heeft hier ook wel een verklaring voor: ‘De laatste jaren heeft de wetgever aan het mbo-onderwijs flink wat extra opdrachten gegeven. Om een diploma te krijgen moeten leerlingen voldoen aan eisen rond taal, rekenen en burgerschap. Daar zijn goede redenen voor: wie een mbo-diploma krijgt, moet voldoen aan bepaalde basisvaardigheden. Maar daardoor wordt het bekostigde mbo-onderwijs automatisch minder flexibel. Voor volwassenen die tijdens hun loopbaan nog een diploma willen behalen, kan dit een extra hobbel zijn. Werkgevers en werknemers vragen zich af: is het echt nodig voor een ervaren werknemer om te werken aan burgerschap of Nederlands te leren op niveau 3F? Het private contractonderwijs heeft op dit punt een voorsprong, omdat er minder wettelijke eisen van kracht zijn.’

Gecombineerde leerweg
Volgens Oomens kan de gecombineerde leerweg zeker bijdragen aan wat meer flexibiliteit, maar hij waarschuwt wel dat het onderwijs uitvoerbaar moet blijven. Volgens Guus Raats, regiodirecteur van het Alfa College (Groningen), is een nauwe samenwerking tussen praktijk en theorie de sleutel voor goed onderwijs. In veel gevallen gebeurt dit naar zijn mening ook. Japke van Groning van De Vries Scheepsbouw in Makkum, recent uitgeroepen tot beste leerbedrijf, beaamt dit. Zijn bedrijf werkt graag samen met het ROC, waarbij het bedrijf zorgt voor het specifieke vakmanschap. Van Groning zou het wel een goede zaak vinden als bedrijfsscholen ook bekostigd zouden worden.

Op woensdag 8 april vindt er in de Tweede Kamer een Algemeen Overleg plaats over stages en de Subsidieregeling praktijkleren.